WELKOM BIJ VISSERS OP DE ZEE

Markus 6

Twee vissen en vijf broden

38 En Hij zeide tot hen: Hoeveel broden hebt gij? Gaat heen en beziet [het]. En toen zij het vernomen hadden, zeiden zij: Vijf, en twee vissen.

39 En Hij gebood hun, dat zij hen allen zouden doen nederzitten bij waardschappen, op het groene gras.

40 En zij zaten neder in gedeelten bij honderd te zamen, en bij vijftig te zamen.

41 En als Hij de vijf broden en de twee vissen genomen had, zag Hij op naar den hemel, zegende en brak de broden, en gaf ze Zijn discipelen, opdat zij ze hun zouden voorleggen, en de twee vissen deelde Hij voor allen.

42 En zij aten allen, en zijn verzadigd geworden.

43 En zij namen op twaalf volle korven brokken, en van de vissen.

44 En die daar de broden gegeten hadden, waren omtrent vijf duizend mannen.

45 En terstond dwong Hij zijn discipelen in het schip te gaan, en voor henen te varen aan de andere zijde tegen[over] Bethsaida, terwijl Hij de schare van Zich zou laten.

horizon

46 En als Hij aan dezelve hun afscheid gegeven had, ging Hij op den berg om te bidden.

47 En als het nu avond was geworden, zo was het schip in het midden van de zee, en Hij was alleen op het land.

48 En Hij zag, dat zij zich zeer pijnigden, om [het schip] voort te krijgen; want de wind was hun tegen; en omtrent de vierde wake des nachts, kwam Hij tot hen, wandelende op de zee, en wilde hen voorbijgaan.

49 En zij, ziende Hem wandelen op de zee, meenden, dat het een spooksel was, en schreeuwden zeer;

50 Want zij zagen Hem allen, en werden ontroerd; en terstond sprak Hij met hen, en zeide tot hen: Zijt welgemoed, Ik ben het; vreest niet.

51 En Hij klom tot hen in het schip, en de wind stilde; en zij ontzetten zich bovenmate zeer in zichzelven, en waren verwonderd.

52 Want zij hadden niet gelet op [het wonder] der broden; want hun hart was verhard.

53 En als zij overgevaren waren, kwamen zij in het land Gennesareth, en havenden aldaar.

54 En als zij uit het schip gegaan waren, terstond werden zij Hem kennende.

55 [En] het gehele omliggende land doorlopende, begonnen zij op beddekens degenen, die kwalijk gesteld waren, om te dragen, ter plaatse, waar zij hoorden dat Hij was.

56 En zo waar Hij kwam, in vlekken, of steden, of dorpen, daar legden zij de kranken op de markten, en baden Hem, dat zij maar den zoom Zijns kleeds aanraken mochten; en zovelen, als er Hem aanraakten, werden gezond.

WELKOM BIJ VISSERS OP DE ZEE

eXTReMe Tracker